1999 - 2004

Vragen voor minister van Mobiliteit, Openbare werken en Energie, Stevaert

15 October 2002

Vraag om uitleg over de onduidelijkheden m.b.t. het tracé voor de 4e Scheldeoeververbinding te Antwerpen

Vraag

De heer Ludwig Caluwé : Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister, in 1998 werden de grote contouren van het masterplan voor Antwerpen vastgelegd. Daarin werden de belangrijkste investeringen opgenomen die moeten vermijden dat Antwerpen nog langer lijdt aan een verkeersinfarct. De belangrijkste investering daarbij is het sluiten van de kleine ring. Uiteraard moet goed worden afgewogen welk tracé daarvoor het beste is. De minister had de gouverneur opdracht gegeven om met zoveel mogelijk actoren te vergaderen om tot een consensus te komen.

Op 7 april 2000 werd overeengekomen om voor de zogenaamde Oosterweelverbinding te kiezen. Er werd geopteerd voor een combinatie van een brug over het eilandje en een tunnel onder de Schelde die zou uitmonden op de aansluiting van de R1 op de expresweg N49. Deze Antwerpse consensus werd door de minister overgenomen. Daarmee leek een einde gekomen aan een jarenlange discussie.

De uitvoering verloopt erg traag, te traag naar onze mening. Pas vandaag bespreken we in de commissie de oprichting van de Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel, kortweg de BAM.Wel werd ondertussen de SAM opgericht die over dit onderwerp onderzoek verricht. Blijkbaar heeft de SAM het voorgestelde tracé enkele maanden geleden opnieuw in vraag gesteld. Er gaat zelfs het gerucht dat de SAM voorstelt om een ander tracé te kiezen. Zo zouden sommigen ervoor pleiten om het geplande op- en afrittencomplex van de Oosterweelverbinding en de N49 te schrappen omwille van de natuurgebieden in de omgeving, met name Blokkersdijk, Sint-Annabos, Vlietbos en het Rot. Het is belangrijk om er nog eens aan te herinneren dat er in de consensus was opgenomen dat er slechts een tijdelijke verstoring zou zijn van het natuurgebied. Het gebied wordt hersteld zodra de definitieve aanleg is gebeurd.

Het nieuwe voorstel zou erin bestaan om het nieuwe stuk ring op de Linkeroever aan te leggen in een sleuf die pas een stuk voorbij de N49 zou bovenkomen. Dit zou nodig zijn om een tolzone te kunnen aanleggen. Blijkbaar is dus al beslist om tol te heffen, en dat via het oude procedé van tolhokjes. Dat neemt nochtans bijzonder veel ruimte in beslag en verstoort de mobiliteit.

Door te kiezen voor dit nieuwe tracé wordt het onduidelijk hoe de aansluiting zou gebeuren met de ring en de N49. Naar verluidt circuleren er plannen met een aansluitingsweg op nauwelijks 40 meter van een woonwijk in Zwijndrecht. Er zou ook een tiental woningen moeten worden onteigend. Om de tram- en spoorlijn te kunnen kruisen, zou de aanleg op 12 meter hoogte moeten gebeuren. Dit alles zal voor een aantal bedrijven belangrijke consequenties hebben. De nieuwe inplanting van Egemin bijvoorbeeld zou op het tracé komen te liggen. Vraag is ook welk effect een langere tunnel heeft op de kostprijs. Om een tijdelijke storing van het natuurgebied te vermijden, wordt geopteerd voor een permanente verstoring van een aantal woonomgevingen. Daar stellen we ons grote vragen bij.

Er is enorm veel onrust bij de bevolking. In Zwijndrecht is gisteren een openbare commissievergadering gewijd aan dit onderwerp. Mijnheer de minister, ik wil u dan ook enkele vragen stellen. Waarom wordt er naar een ander tracé gezocht ? Wat zal het precieze tracé van de kleine ring op de Linkeroever zijn ? Waarom wordt er voor tolheffing gekozen ? Waar wordt die ingeplant ? Klopt het dat er een nieuwe verbinding komt met de N49 op nauwelijks 40 meter van een woonwijk ? Bestaan er plannen om de op- en afrit Burcht/ Zwijndrecht op de E17 af te schaffen ? Dat zou nochtans belangrijke verkeersconsequenties hebben.

Mevrouw Claudine De Schepper : Mijnheer de minister, ik wil me graag aansluiten bij de vragen van de heer Caluwé. Ik woon in Zwijndrecht en ken de situatie goed. Ik vind dit een ernstige zaak en wil daarom graag enkele verduidelijkingen. Zal de aansluitingsweg inderdaad op 40 meter van de nieuwe woonwijk Neerbroek komen ? Zal deze door het Vlietbos gaan ? Zo ja, welk gedeelte zal dan verdwijnen ? Zal het geschetste scenario de onteigening van een tiental woningen vereisen ? Gisteren was er in Zwijndrecht een openbare commissiezitting over de Oosterweelverbinding. Er waren meer dan 500 verontruste buurtbewoners aanwezig. Naar verluidt mocht enkel de ingenieur van de gemeente Zwijndrecht uitleg komen geven. De SAM had van het ministerie het verbod gekregen om de plannen te komen verduidelijken.Waarom ? Waarom werd er ook geen rekening gehouden met het ruimtelijk structuur- en mobiliteitsplan van Zwijndrecht, dat trouwens is goedgekeurd ?

De heer Johan Malcorps :Mijnheer de minister, ik vrees dat dit alles het gevolg is van de informele manier van werken van de SAM. Ik had voorspeld dat daar vodden van zouden komen. De SAM kreeg begin februari de opdracht om een studie te maken. Deze zou tegen begin december moeten zijn afgerond. Dit sluit echter bij geen enkele formele procedure aan omdat de BAM er nog niet is. Er is ook nog geen MER of openbaar onderzoek gevraagd.

In Zwijndrecht is de bevolking bijzonder verontrust. Tot in de kleinste details worden varianten uitgetekend. Er waren oorspronkelijk 7 tracévarianten voor de sluiting van de kleine ring en verschillende mogelijkheden voor de aansluiting op de N49. Het gaat hier om een studie. De heer Caluwé pleit ervoor om dwars door het natuurgebied te gaan om de woonwijk te sparen. Dat is een valse keuze. Het is niet het een of het ander. Er moet een ideale oplossing worden gezocht om beide te waarborgen. Het natuurgebied is een vogelrichtlijngebied. Uiteraard zit de schrik erin om tot een soort Deurganckdokscenario te komen. Dat moet worden vermeden.

Bovendien zou een verbinding tussen de E17 en de N49 die 5 jaar oud is en honderden miljoenen heeft gekost, worden afgebroken en verlegd.Waar zijn we in godsnaam mee bezig ? Misschien is dit alles nog wat voorbarig omdat het om een informele studie gaat. Het was echter wel te voorspellen dat hier problemen van zouden komen. De gouverneur is geschrokken van de heisa en pleit ervoor een nieuwe staten-generaal samen te roepen. Kunnen we niet stoppen met de informele besluitvorming en starten met de formele ? Zo niet, zullen we ons in dit dossier volledig vastrijden.

Minister Steve Stevaert : Mevrouw de voorzitter, dames en heren, het project bevindt zich momenteel nog volledig in de studiefase. Er zijn studies lopende om het tracé dat tot op heden werd gekozen op basis van een eerste haalbaarheidsstudie, te optimaliseren. In een latere fase kan dan op een weloverwogen manier het beste alternatief worden gekozen op basis van verkeerskundige, bouwtechnische en ecologische parameters.

Voornamelijk de problematiek over de aansluiting van de verschillende autosnelwegen ter hoogte van de Linkeroever en het doorkruisen van het natuurgebied Blokkersdijk, heeft het studiebureau ertoe aangezet om het tracé te optimaliseren opdat het maximaal zou voldoen aan de eisen op het vlak van verkeersveiligheid en milieubehoud. Op het vlak van milieubehoud ben ik er nu zelfs persoonlijk van overtuigd dat de huidige voorstellen een meerwaarde kunnen betekenen voor de aanwezige natuur ten gevolge van het bundelen van een aantal gebieden die nu versnipperd zijn door de opbraak van bestaande wegeninfrastructuur.

De N49 naar Knokke en de E17 naar Gent moeten verder op een verkeersveilige manier worden aangesloten op de ring rond Antwerpen, eens deze via de Oosterweelverbinding is gesloten. Daarvoor moet een verkeerswisselaar worden ontworpen met voldoende weeflengte. Dit heeft aanleiding gegeven tot een verder optimalisatie van het tracé. Ik sta dan ook bijzonder positief tegenover de doorgevoerde optimalisatie.

Er wordt inderdaad overwogen om een tolzone in te planten ter hoogte van het wegvak tussen de inrit van de tunnel en de verkeerswisselaar. De omvang en noodzaak van deze tolzone worden sterk bepaald door de evolutie van de tolinningstechnieken zodat een definitieve beslissing hierover pas in een latere fase zal worden genomen.

Het is uiteraard onvermijdelijk dat bij een ingrijpend infrastructuurproject zoals nu wordt onderzocht, er niet alleen meerwaarden maar ook minwaarden kunnen ontstaan. Aan het studiebureau werd evenwel duidelijk de opdracht gegeven om alle mogelijke alternatieve verkeers- en bouwtechnische ingrepen in beschouwing te nemen om zo mogelijke nadelige effecten tot een minimum te herleiden. Daarbij mag geen afbreuk worden gedaan aan de basispremissen, met name maximale verkeersveiligheid en milieubehoud. Indien er in de meest optimale oplossing toch nog nadelige effecten aanwezig zijn voor sommige betrokkenen, dan zullen deze maximaal worden weggewerkt.

Zoals u merkt, is de studiefase nog volop aan de gang en worden een aantal mogelijke alternatieven ter optimalisatie van het tracé onderzocht. Dit gebeurt zoals gebruikelijk in nauw overleg met alle betrokken lokale actoren, zoals gemeentebesturen en milieuverenigingen. Het is evenwel evident dat zodra de ideale optimalisatie is bereikt, er een duidelijk overleg en grondige communicatie zal zijn.

De heer Ludwig Caluwé : Mijnheer de minister, u blijft in uw antwoord nogal wazig over het concreet voorgestelde tracé.Vindt u dat dit tracé inderdaad een optimalisatie inhoudt van de milieu- en verkeersveiligheidsvoorwaarden ? Misschien is dat wel zo, maar het is ook een zware benadeling van de woonvoorwaarden, het leefklimaat van de mensen. De studie van de SAM is in onduidelijke omstandigheden aangevat. De administratie was beter aan het werk gegaan zodra er in Antwerpen een consensus was over het tracé. Dat had dus 2 jaar geleden al gekund.Toch werd er gekozen voor een aparte beheersmaatschappij. Pas vandaag krijgt de commissie daar het ontwerp van decreet over.

Omdat wel werd ingezien dat het veel te lang duurde, werd het studiebureau SAM aan het werk gezet. Dat is gebeurd in onduidelijke omstandigheden, maar ze werken wel hard aan alternatieven. Nu komen ze met een voorstel. Beantwoordt dit voorstel, waarin het tracé langs Zwijndrecht loopt, aan de vereiste optimalisatie van de verkeers- en milieuvoorwaarden ? Er wordt namelijk heel weinig rekening gehouden met de woonvoorwaarden.

U hebt ook niet geantwoord op de vraag van mevrouw De Schepper. De SAM werkt blijkbaar allerlei dingen uit, maar als de mensen daar informatie over willen, krijgt de SAM verbod die dingen in Zwijndrecht te komen toelichten. Dat is geen goede werkwijze. Als er voorstellen komen, moet er ook bereidheid zijn ze te komen toelichten en verdedigen.

Minister Steve Stevaert : Er is een verschil tussen de SAM en de BAM.We zitten helemaal nog niet in een officiële procedure.We kunnen ons nog niet uitspreken over het model.We hebben duidelijk afgesproken, want als we niet alle mogelijke modellen onderzoeken, dan wordt op het moment van de beslissing gevraagd waarom we een of ander model nog niet hebben onderzocht. Ik maak geen afweging tussen vogels en mensen. De burgemeester heeft gelijk dat we nog niet aan dat punt toe zijn. Op een bepaald moment zullen we wel een keuze maken. Ik heb begrepen dat iedereen in Antwerpen zich heeft uitgesproken voor het masterplan van de gouverneur.

De heer Ludwig Caluwé : Ja, maar met een welbepaald tracé.

Minister Steve Stevaert :We zullen dit dus realiseren. Daarvoor zullen we stap voor stap het besluitvormingsproces doorlopen. Ik beschik echter niet over een vast punt aan de hemel waaraan ik het masterplan zou kunnen ophangen. Er zullen op zeker ogenblik knopen moeten worden doorgehakt. Het is dus heel goed dat de SAM het zo breed mogelijk bestudeert, en dat later de beheersmaatschappij het bekijkt. Op dat moment zullen er formele procedures zijn, waar we ook aan gebonden zullen zijn. De burgemeester en het schepencollege hebben contact genomen om afspraken te maken over hoe dat moet worden begeleid. Er is geen andere werkwijze. (Opmerkingen van de heer Johan Malcorps)

Mijnheer Malcorps, dit is niet ernstig. Vraag het maar aan uw Agalev-burgemeester.We zitten nog niet in de formele procedure.Tijdens die procedure zullen we op de formele manier handelen. U vraagt altijd alle mogelijke scenario's te bestuderen.We willen dat nu doen, en we willen elk van die scenario's optimaliseren. Daarna zal er een keuze moeten worden gemaakt. Met name Agalev zal dan een belangrijke afweging moeten maken. (Opmerkingen van de heer Johan Malcorps) U weet heel goed dat er formeel nog niets is beslist. We zitten nog niet in de formele procedure

De heer Ludwig Caluwé : Er blijft grote onduidelijkheid omdat de SAM - in uw beeldspraak - ergens tussen hemel en aarde functioneert.

Minister Steve Stevaert : Er moeten nu eenmaal voorafgaande studies worden gemaakt, en we kunnen die het best zo breed mogelijk opvatten.We hadden dat misschien voor het Deurganckdok ook moeten doen.

De heer Ludwig Caluwé : Ofwel is het een opdracht van de administratie, ofwel werken ze in het ijle.

Minister Steve Stevaert : Dit is niet meer ernstig.