2009 - 2014

21 October 2009

Voorstel tot wijziging van het Reglement van het Vlaams parlement, wat het aantal ondertekenaars en sprekers betreft

TOELICHTING<?xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
In een reglement van een parlementaire vergadering wordt vaak rekening gehouden met het totale aantal erkende fracties om het aantal leden te bepalen dat gezamenlijk een initiatief kan nemen of het woord kan voeren in een bepaald debat.
Zo luidt bijvoorbeeld het laatste lid van artikel 56 van het reglement van de Senaat als volgt: “Een voorstel mag niet ondertekend zijn door een aantal senatoren dat groter is dan het aantal fracties vertegenwoordigd in de assemblee.”
Impliciet houdt het huidige reglement van het Vlaams Parlement ook rekening met het aantal erkende fracties. Het bepaalt het maximale aantal ondertekenaars voor voorstellen van decreet, resoluties en moties immers op zes. Het aantal sprekers bij interpellaties, vragen om uitleg en actuele vragen bedraagt, de initiatiefnemer inbegrepen, ook maximaal zes. Tot voor de laatste verkiezingen waren er in het Vlaams Parlement inderdaad nooit meer dan zes erkende fracties.
Met dit voorstel wordt telkens het aantal mogelijke ondertekenaars of sprekers voor deze legislatuur op zeven gebracht, vermits er nu zeven erkende fracties zijn. Meteen worden de reglementsbepalingen generiek gemaakt zodat ze na volgende verkiezingen niet gewijzigd moeten worden, mocht het aantal erkende fracties opnieuw wijzigen.

VOORSTEL

Artikel <?xml:namespace prefix = st1 ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:smarttags" />1. In artikel 56, punt 1, tweede lid, van het Reglement van het Vlaams Parlement wordt de eerste zin vervangen door wat volgt:
“Een reflectienota mag door ten hoogste zoveel volksvertegenwoordigers ondertekend zijn als er erkende fracties zijn.”.
Art. 2. In artikel 61, punt 1, van hetzelfde reglement wordt het tweede lid vervangen door wat volgt:
“Een voorstel van decreet mag door ten hoogste zoveel volksvertegenwoordigers onderte­kend zijn als er erkende fracties zijn.”.
Art. 3. In artikel 62, punt 1, van hetzelfde reglement wordt het tweede lid vervangen door wat volgt:
“Een amendement mag door ten hoogste zoveel volksvertegenwoordigers ondertekend zijn als er erkende fracties zijn.”.
Art. 4. In artikel 65 van hetzelfde reglement worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in punt 2, eerste lid, wordt de tweede zin vervangen door wat volgt:
“De motie mag door ten hoogste zoveel volksvertegenwoordigers ondertekend zijn als er erkende fracties zijn.”;
2° in punt 4, eerste lid, wordt de tweede zin vervangen door wat volgt:
“De motie mag door ten hoogste zoveel volksvertegenwoordigers ondertekend zijn als er erkende fracties zijn.”.
Art. 5. In artikel 69, punt 1, van hetzelfde reglement wordt het tweede lid vervangen door wat volgt:
“Een voorstel van resolutie mag door ten hoogste zoveel volksvertegenwoordigers ondertekend zijn als er erkende fracties zijn.”.
Art. 6. In artikel 70, punt 5, van hetzelfde reglement wordt de tweede zin vervangen door wat volgt:
“Een motie mag door ten hoogste zoveel volksvertegenwoordigers ondertekend zijn als er erkende fracties zijn.”.
Art. 7. In artikel 71, punt 3, van hetzelfde reglement wordt het derde lid vervangen door wat volgt:
“De motie mag door ten hoogste zoveel volksvertegenwoordigers ondertekend zijn als er erkende fracties zijn.”.
Art. 8. In artikel 74, punt 6, van hetzelfde reglement wordt de eerste zin vervangen door wat volgt:
“Een dergelijke motie mag door ten hoogste zoveel volksvertegenwoordigers ondertekend zijn als er erkende fracties zijn. Deze motie kan worden ingediend tot uiterlijk 17 uur van de vijfde dag volgend op de dag van de sluiting van de commissievergadering, voorzover de indiening voor die sluiting schriftelijk is aangekondigd.”.
Art. 9. In artikel 77, punt 8, van hetzelfde reglement worden de volgende wijzigingen aangebracht:

1° letter b) wordt vervangen door wat volgt:

“b) Na de interpellant mogen andere volksvertegenwoordigers het woord voeren met een maximumspreektijd van 5 minuten, tenzij het Uitgebreid Bureau tot andere spreektijden beslist. Het aantal sprekers, de interpellant inbegrepen, mag niet hoger zijn dat het aantal erkende fracties.”;
2° in c) wordt de eerste zin vervangen door wat volgt:
“Na het antwoord van het betrokken lid van de Regering mogen nog maximaal zoveel volksvertegenwoordigers, de interpellant inbegrepen, het woord voeren als er erkende fracties zijn, met elk een maximumspreektijd van 5 minuten, tenzij het Uitgebreid Bureau tot andere spreektijden beslist.”.
Art. 10. In artikel 78, punt 1, tweede lid, van hetzelfde reglement wordt de eerste zin vervangen door wat volgt:
“Een dergelijke motie mag door ten hoogste zoveel volksvertegenwoordigers ondertekend zijn als er erkende fracties zijn. Deze motie kan worden ingediend tot uiterlijk 17 uur van de tweede dag volgend op de dag van de sluiting van de vergadering, uitgezonderd de motie bedoeld in punt 1, b), waarvoor een termijn van vijf dagen geldt, voorzover de indiening voor die sluiting schriftelijk is aangekondigd.”.
Art. 11. In artikel 79, punt 1, tweede lid, van hetzelfde reglement wordt de eerste zin vervangen door wat volgt:
“Een dergelijke motie mag door ten hoogste zoveel volksvertegenwoordigers ondertekend zijn als er erkende fracties zijn. Deze motie kan worden ingediend tot uiterlijk 17 uur van de tweede dag volgend op de dag van de sluiting van de vergadering, voorzover de indiening voor die sluiting schriftelijk is aangekondigd.”.
Art. 12. In artikel 82, punt 7, tweede lid, van hetzelfde reglement worden de eerste zin en de tweede zin vervangen door wat volgt:
“Na dit antwoord hebben eerst de vraagsteller en vervolgens andere volksvertegenwoordigers de mogelijkheid één extra vraag te stellen. Het aantal sprekers, de vraagsteller inbegrepen, mag niet hoger zijn dan het aantal erkende fracties. Per erkende fractie kan slechts één lid aansluiten bij een actuele vraag.”.
Art. 13. In artikel 83, punt 5, van hetzelfde reglement worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° letter b) wordt vervangen door wat volgt:
“b) Na de vraagsteller kunnen andere volksvertegenwoordigers het woord voeren met elk een maximumspreektijd van 2 minuten. Het aantal sprekers, de vraagsteller inbegrepen, mag niet hoger zijn dan het aantal erkende fracties.”;
2° in c) wordt de eerste zin vervangen door wat volgt:
“Na het antwoord van het betrokken lid van de Regering mogen nog zoveel volksvertegenwoordigers het woord voeren, de vraagsteller inbegrepen, als er erkende fracties zijn met elk een maximumspreektijd van 2 minuten.”.
Art. 14. In artikel 83bis, punt 1, van hetzelfde reglement wordt het tweede lid vervangen door wat volgt:
“Een dergelijk voorstel mag door ten hoogste zoveel volksvertegenwoordigers ondertekend zijn als er erkende fracties zijn.”.
Art. 15. In artikel 83quater, eerste lid, van hetzelfde reglement wordt de laatste zin vervangen door wat volgt:

“De motie mag door ten hoogste zoveel volksvertegenwoordigers ondertekend zijn als er erkende fracties zijn.”.
Art. 16. In artikel 84, punt 1, tweede lid, van hetzelfde reglement wordt de eerste zin vervangen door wat volgt:
“De motie is met redenen omkleed en mag door ten hoogste zoveel volksvertegenwoordi­gers ondertekend zijn als er erkende fracties zijn.”.
Art. 17. In artikel 92, punt 1, van hetzelfde reglement wordt het derde lid vervangen door wat volgt:
“De motie mag door ten hoogste zoveel volksvertegenwoordigers ondertekend zijn als er erkende fracties zijn.”.
Art. 18. In artikel 101, punt 1, van hetzelfde reglement wordt het tweede lid vervangen door wat volgt:
“Een voorstel tot wijziging van het reglement mag door ten hoogste zoveel volksvertegenwoordigers ondertekend zijn als er erkende fracties zijn.”.
Ludwig CALUWE, Kris VAN DIJCK, Peter VANVELTHOVEN, Sven GATZ, Filip WATTEEUW, Lode VEREECK