toespraken

24 March 2014

Welkomstwoord ter gelegenheid van het evenement Grenzeloze Logistiek

Geachte genodigden,
Dames en heren,

Als gedeputeerde voor economie en voorzitter van de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij heet ik u graag van harte welkom op het evenement Grenzeloze Logistiek. Deze bijeenkomst, voor Antwerpen meteen het sluitstuk van een ambitieus grensoverschrijdend Interreg-project, is integraal gewijd aan de uitdagingen en opportuniteiten waarvoor de logistieke sector ons stelt, voornamelijk op ruimtelijk vlak. En die uitdagingen zijn niet gering.

Zo worden logistieke activiteiten vaak – en niet geheel onterecht – gebrandmerkt als ruimtevreters. Een distributiecentrum waar diverse waarde toevoegende activiteiten plaats vinden én een aanzienlijke voorraad opgeslagen en verwerkt wordt, vergt inderdaad heel wat oppervlakte. En ook is het een feit dat magazijnen vaak ietwat troosteloos ogen. Congestieproblemen worden de sector eveneens geregeld aangewreven ; iedereen wil tegenwoordig just-in-time pakjes geleverd aan de voordeur, liefst gratis en bij voorkeur op het tijdstip van zijn keuze. Dat daartegenover complexe logistieke processen staan, die heel wat bewegingen, versta transport, vergen, is iets waar we ons minder makkelijk mee verzoenen. Samengevat, dames en heren, komt het maatschappelijk draagvlak voor de logistieke sector toenemend onder druk.

Daartegenover staat echter het stijgend economisch belang van de logistieke sector, die zich steeds meer ontwikkelt tot één van de sterkhouders van deze regio. Zo bedraagt de toegevoegde waarde van de sector aan het BNP niet minder dan 9,2%. Meer dan 200.000 mensen vinden in de logistiek hun broodwinning. De studie speerpuntsectoren die de Universiteit Antwerpen uitvoert voor het provinciebestuur bevestigt het enorme belang van de logistieke bedrijvigheid en schrijft haar 43.000 directe arbeidsplaatsen en een toegevoegde waarde van 4,8 miljard euro toe.De slogan die de Vlaamse Overheid in het kader van actieplan VIA lanceerde ‘Zonder Logistiek is ’t paniek’ of haar Nederlandse variante ‘Zonder transport geen stamppot’, zijn ook vanuit die optiek geenszins overdreven.

Dat verschillende bestuursniveaus de voorbije jaren een tandje bijstaken om de toekomst van de sector in deze regio te verzekeren, hoeft dus niet te verbazen. Ik denk daarbij aan de creatie van Vlaamse kennispolen als het Vlaams Instituut voor Logistiek evenals het Vlaams Instituut voor de Mobiliteit die zich inspannen om het innovatievermogen van de sector naar een hoger niveau te tillen, daarbij niet zelden focussend op efficiëntiewinsten en vergroening. Tevens denk ik aan Flanders Logistics, de koepel waaronder de Vlaamse regering haar initiatieven bundelt die van dit gewest tegen 2020 de beste Europese regio moeten maken op het vlak van slimme en duurzame logistiek.

Maar ook op provinciaal vlak werden waardevolle initiatieven genomen, voornamelijk onder impuls van de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappijen. Deze organisaties werden in het leven geroepen om het ruimtelijk-economisch beleid van iedere provincie op zich vorm te geven, maar ook om het sociaal-economische beleid van de verschillende provincies uit te voeren. POM’s zijn dan ook in de eerste plaats doe-organisaties die de economie gericht trachten te stimuleren om zo de welvaart en werkgelegenheid in onze regio te behouden en waar mogelijk te versterken.

Het is dan ook weinig verwonderlijk dat inzake de versterking van speerpuntsectoren – en dus ook logistiek – de POM’s zich niet onbetuigd laten.

De initiatieven die op die manier genomen en gedeeld werden, zijn enorm. Ik denk aan campagnes om jongeren te stimuleren te kiezen voor een opleiding of job in de sector, aan didactisch materiaal om leerkrachten toe te laten de grote diversiteit van logistiek op een boeiende manier over te brengen, aan infosessies die het competentiemanagement in de sector moeten versterken en op die manier het arbeidsverloop terugdringen, aan seminaries om de modal shift te bewerkstelligen en ook KMO’s wanneer mogelijk richting binnenvaart en spoor te duwen. Maar ook denk ik aan projecten die verladers moesten overtuigen van de meerwaarde van het bundelen van goederenstromen, aan promotionele evenementen in het buitenland, aan studie en onderzoek ter bevordering van een optimale fysieke verankering van de sector in de verschillende provincies.

Enorm veel mankracht en behoorlijk wat middelen werden tot op vandaag geïnvesteerd in de logistieke sector. Het verwijt dat daarbij wel eens gemaakt wordt, is dat dit alles te versnipperd en met te weinig oog voor continuering zou gebeuren. Het is waar dat vele spelers betrokken zijn bij de realisatie van bovenstaande activiteiten en evenzeer klopt het dat in sommige gevallen de communicatie niet steeds even vlot verliep. Niettemin is het overleg tussen Vlaamse en provinciale partijen veelvuldig en doorgaans constructief. Iedereen immers is zich ervan bewust dat samenwerking essentieel is, willen we de sector op lange termijn en op duurzame wijze een plaats geven in onze regio.

En daarbij, dames en heren, zijn we tevens doordrongen van het besef dat logistiek evenmin landsgrenzen kent. Het project Grenzeloze Logistiek, waarover Luc Broos u zo dadelijk meer vertelt en waarbinnen deze bijeenkomst past, kijkt immers over muurtje. Rond de thema’s ruimtegebruik, innovatie, douaneafhandeling, bundeling goederenstromen, binnenvaartterminals tot zelfs hybride luchtschepen gingen meerdere Vlaamse en Nederlandse provincies in overleg. De resultaten zijn boeiend, leerrijk en bij momenten verrassend. Met de acties die vanuit Antwerpen getrokken werden, maakt u zo dadelijk kennis.

Dames en heren,

Vooraleer ik het woord geef aan de volgende spreker, wil ik alvast alle sprekers van harte danken voor het werk dat zij verzetten en voor hun bijdrage aan dit evenement. En ook alle cofinanciers, met name Europa, de Vlaamse Overheid en het Antwerpse provinciebestuur ben ik bijzonder dankbaar voor hun ondersteuning, zonder dewelke dit project en de voorgaande niet zouden zijn mogelijk geweest. Ten slotte wil ik POM Antwerpen feliciteren met de geleverde prestaties. Het provinciebestuur gaf POM de expliciete opdracht bij te dragen tot het versterken van de sector in deze regio met oog voor het terugdringen van de lasten en het optimaliseren van de winsten. Naar mijn mening zijn ze daar uitstekend in geslaagd. Ik hoop dat u er straks ook zo over denkt.

Ik wens u prettige namiddag. Graag geef ik nu het woord aan Luc Broos.