toespraken

15 February 2016

Toespraak bij de opstart EFRO II Baanwinkels

Dames en heren,

Tussen eind 2012 en begin 2015 voerden 5 Vlaamse provincies gezamenlijk een EFRO-project rond detailhandel uit. Dat project omvatte de grote interprovinciale analyse en studie van de detailhandel in de 5 provincies . Deze studie bracht voor het eerst de detailhandel in Vlaanderen volledig in kaart, de positieve evoluties maar ook de pijnpunten. Voor het eerst was een vergelijking tussen gemeenten en provincies mogelijk. Het project sloot begin 2015 af met de voorstelling van de resultaten. We houden er uiteraard niet van dat een afgesloten project in de kast belandt. Integendeel.

De Vlaamse provincies werkten het voorbije jaar, en ook vandaag en morgen met de resultaten van de studie om hun detailhandelsbeleid vorm te geven en de gemeenten bij te staan in het uitwerken van hun detailhandelsbeleid. Een van de concrete verwezenlijkingen is dat wij vandaag een nieuw project opstarten: ‘Baanwinkels en gemeenten op één lijn’. Dit project wordt mede gefinancierd door EFRO en de Vlaamse overheid. Het zoomt in op één van de pijnpunten die in de interprovinciale studie detailhandel duidelijk naar boven kwamen en dat ieder van ons ook met eigen ogen waarneemt: de bovenmatige ontwikkeling van detailhandel in de periferie, vaak ten nadele van de kernwinkelgebieden in de gemeenten.
Zo steeg het aantal vierkante meters winkelvloeroppervlakte in planmatige ontwikkelde winkelgebieden, waarvan de baanconcentraties en shoppingcentra een belangrijk deel uitmaken, in de periode 2008- 2014 maar liefst met 170 % in Vlaanderen, terwijl de leegstand in de kernen met 69,5 % toenam. Ook dat laatste is helaas op vele plaatsen duidelijk zichtbaar. Mocht u het zelf nog niet opgemerkt hebben, dan las u het de laatste jaren zeker meermaals in de pers.

Leegstand in de kernen heeft vele oorzaken: te kleine en verouderde panden in de kernen, weinig uitbreidingsmogelijkheden, dure parkeertarieven, gebrekkige bereikbaarheid, de opkomst van e-commerce, … maar ook een te vlotte vergunning van grootschalige perifere projecten, dus buiten de kernwinkelgebieden. De baanwinkels en verlinting zijn hier een duidelijk bewijs van. Een ontradend beleid blijkt echter een moeilijk verhaal.
Daarom slaan de provincies Antwerpen, Oost-Vlaanderen en Vlaams-Brabant de handen in elkaar om twee steenwegen te selecteren die als testcase kunnen dienen voor het ontwikkelen van een nieuw beleid en dito instrumenten. De geselecteerde baanwinkellinten zijn de N70 (Antwerpen-Gent) en de N10 (Aarschot-Lier). Deze zijn exemplarisch voor Vlaanderen. Vandaag starten we niet alleen het project, ook de eerste werkgroep en stuurgroep, met afgevaardigden van de gemeenten langs de N10, heeft zonet plaatsgevonden. De kick-off voor het project langs de N70 vindt plaats op 23 februari in Beveren-Waas. U bent uiteraard ook daar van harte welkom.

De snelle retailontwikkeling aan de steenwegen is niet enkel een economisch gegeven, maar ook een beleidstopic van ruimtelijke ordening en mobiliteit. In Vlaanderen is ruimte immers schaars en is verkeerscongestie een steeds groter wordend probleem. Vandaar dat er van bij de opmaak van het dossier gekozen is voor een optimale samenwerking tussen de diensten Economie, R.O. en Mobiliteit. En dit niet alleen binnen de provincies die het project trekken, maar we willen dit ook bewerkstelligen binnen de betrokken gemeenten langs de twee banen en tussen de gemeenten onderling. Willen we tot een gedegen en breed gedragen oplossing komen, dient er samen gewerkt worden. Beslissingen in het ene beleidsdomein hebben een steeds grotere impact op andere beleidsdomeinen. De samenwerking tussen R.O. en Economie in dit project sluit zo ook naadloos aan bij het toekomstige decreet handelsvestigingsbeleid (=oude socio-economische vergunnnigen) voorzien voor 2017
Een sturend beleid in de toekomst is dan ook aangewezen om de kernen van onze steden en gemeenten niet nog meer onder druk te zetten. De provincies Antwerpen en Vlaams-Brabant zetten immers al langer in op kernversterking en willen dit nu gezamenlijk doortrekken. Ik geef u graag nog mee dat de provincies in november 2014 ook hun visie op detailhandel uitschreven. In deze visie zetten we in op kernversterking in de gemeenten en een complementair selectief beleid in de periferie. Bovendien willen we ook dat onze gemeenten hun rol ten volle opnemen in hun eigen detailhandelsbeleid, en vooral ook inzetten op intergemeentelijke afstemming. Het project dat we vandaag opstarten is uiteraard volledig in die geest.

Graag geef ik nu graag het woord aan mijn Vlaams-Brabantse collega’s, Marc Florquin en Ann Schevenels, respectievelijk gedeputeerden van Economie en Ruimtelijke Ordening, die u verder zullen duidelijk maken wat het project concreet inhoudt.