In de pers

2 September 2013

Made in Kempen: Zomerbabbel met Ludwig Caluwé, gedeputeerde provincie Antwerpen

De laatste zomerbabbel van Made in Kempen is er eentje met gedeputeerde Ludwig Caluwé. Na de gemeente- en provincieraadsverkiezingen van oktober 2012 liet hij het Vlaams Parlement achter zich om gedeputeerde te worden bij de provincie Antwerpen.

De bewuste keuze, die hij vorig jaar maakte, zou hij opnieuw maken. “De job van gedeputeerde is boeiend, omdat het concreet is. Als parlementslid werk je meer op afstand, daar heb je het zelf niet in handen. Een uitvoerend mandaat is concreter, meer operationeel. Ik mis het Vlaamse niveau niet echt, na 17 jaar parlement herhaal je jezelf soms”, aldus Ludwig Caluwé.

FINANCIËLE SITUATIE

Toen Caluwé in december zijn taak opnam bij de provincie, kon hij zich meteen smijten op de financiële situatie. “De begroting 2013 had 8 procent meer uitgaven dan inkomsten”, verklaart hij. “Normaal wordt dat gedicht met het reservefonds. Als we zo doorgingen, zou dat in 2015 op zijn. We hebben dus correcties doorgevoerd. Niet door de belastingen te verhogen, maar enkel op basis van een besparing op de uitgaven, waar we 5 procent hebben weggesneden.” Daarnaast boog de kersverse gedeputeerde zich ook over het dossier van de nieuwbouw van het provinciehuis en de daarmee gepaard gaande verhuis, waarna de sloop kan beginnen.

ONDERNEMERSSCHAP

Het provinciebestuur heeft een bewuste keuze gemaakt welke sectoren ze zal ondersteunen. Het gaat om de chemie, life games, logistiek, bouw & metaal, de creatieve sector en de agrobusiness. “Landbouw beschouw ik ook als een economische sector. In onze provincie zijn er twee stevige streken op dat vlak: de Noorderkempen en de groentenstreek. De landbouw is een sector waar mensen hun brood mee verdienen, die met de hele bovenbouw van belang is en is één van onze speerpuntsectoren.” Verder ondersteunt de provincie de detailhandel en hoeve- en streekproducten.

Innovatie, de problematiek van de arbeidsmarkt (hoe dichter bij de steden, hoe meer werkloosheid en veel jobs: vergt afstemming) en het ondernemersschap (vaststelling dat provincie minder zelfstandigen heeft (in vergelijking met Vlaanderen): de dynamiek is weggevallen (vanuit stad gekeken)) zijn ook belangrijk.

KEMPEN ALS STREEK

De provincie Antwerpen is, volgens Ludwig Caluwé, een provincie met streken. “Los van het Kempische gevoel, zit dat ook in statistieken”, weet Caluwé. “Mensen die in de Kempen werken, komen vooral uit de Kempen. Het heeft dus niet zoveel zin om één beleid te voeren: we moeten rekening houden met de realiteit. Als Resoc Kempen een 10-puntenplan maakt, moeten wij niet nog iets gaan doen, maar wel dat plan versterken. Je merkt gewoon dat de Kempen sterk aan elkaar hangt, ook de werkgevers en werknemers.”

Toch kregen ook die sterke Kempen klappen te verwerken. “Het IJsboerke-verhaal was pijnlijk, maar ik ben toch zeer blij dat dat nog relatief rechtgetrokken is. We moeten op onze hoede zijn, want de industrie heeft het moeilijk en laat nu ook de Kempen net sterk geïndustrialiseerd zijn.” Er zijn ook positieve verhalen te rapen. Zo werd Roman Willems uit Kasterlee in de provincie Antwerpen in de bloemetjes gezet als beste jonge ondernemer. “Hij heeft een schrijnwerkersbedrijf helemaal omgebouwd tot een moderne onderneming. Dit is een prachtig verhaal van iemand die niet bij de pakken blijft zitten.”

DE UITDAGINGEN

De uitdagingen, waar Caluwé de komende jaren zijn tanden wil inzetten, zijn groot. “Het is een gegeven dat Antwerpen het economische hart is, maar dat staat onder druk. De Kempen kent dan weer het probleem van verdwijnen van de industrie. Er moet een match gemaakt worden tussen arbeidspotentieel en jobs: als dat niet lukt is er neergang.”

De provincie heeft relatieve mogelijkheden. “De Kempen kunnen op een goede manier een rol spelen in de Kennisregio (Eindhoven / Leuven / Aken), met bijvoorbeeld Innotek, Kamp C, enzovoort.”

HET PLAN VAN DE BUREN

“Onze SALT is niet enkel een Limburgs plan, maar is breder, werd in Limburg nog gezegd. Daar moeten ook de Kempen mee inspelen. We moeten doorgaan met het 10-puntenplan van RESOC. We gaan meer ondersteuning realiseren.” De economie stopt niet aan grenzen, dat is ook de mening van Caluwé. “Als Limburg een puinhoop is, dan heeft dit effect op de aansluitende regio’s. Ook als ze het goed doen, heeft dit een positief effect.”

Kempenaars hebben een aantal goede eigenschappen, die ze volgens Ludwig Caluwé goed kunnen gebruiken bij het ondernemen. “Ze hebben de sterkste reflex naar de eigen streek. Ze werken niet enkel voor zichzelf, maar ook voor werknemers en omgeving. Ze zijn sterk bezig met de toekomst van de streek, je voelt dat minder bij anderen.”

Door Bart De bruyn van Made in Kempen