2004 - 2009

25 April 2005

Voorstel van decreet houdende wijziging van het decreet van 6 juli 2001 houdende nadere regeling van het recht om verzoekschriften bij het Vlaams Parlement in te dienen

VOORSTEL VAN DECREET

TOELICHTING DAMES EN HEREN,

De decreten van 6 juli 2001 houdende (nadere) regeling van het recht om verzoekschriften bij het Vlaams Parlement in te dienen hebben de procedure voor de indiening en de behandeling van verzoekschriften, vereenvoudigd en gestroomlijnd. Se - dertdien heeft de verzoekschriftenprocedure een redelijk constant succes gekend. Inhoudelijk blijken heel wat verzoekschriften informatie op te leveren die nuttig is om het beleid van de regering te controleren, en af en toe ook om bestaande decreetgeving te evalueren of eventueel zelfs te wijzigen. Het decreet moet evenwel op enkele punten aangepast worden.

ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING Artikel 1

Dit decreet is een uitvoering van artikel 5 van het bijzonder decreet van 6 juli 2001, dat aangenomen is in het kader van de constitutieve autonomie van de Vlaamse Gemeenschap.

Artikel 2

Er moet vastgesteld worden dat een beperkt aantal verzoekers van de verzoekschriftenprocedure misbruik maakt om in hun taalgebruik de instellingen, de volksvertegenwoordigers of andere politici op grove wijze te beledigen, of de verzoekschriftenprocedure zelf in het belachelijke te trekken. Het spreekt voor zich dat verzoekschriften een legitiem middel zijn - en het gebruik ervan ook juist om die reden aangemoedigd wordt - om kritiek te leveren op het beleid, de regelgeving of de werking van de instellingen.

Het spreekt ook voor zich dat het de verzoeker vrijstaat om zijn verzuchtingen op een humoristische wijze te presenteren. Wanneer de briefschrijver echter kennelijk, dit wil zeggen op manifeste wijze, geen elementair respect opbrengt voor de instelling waartoe hij zich richt, kunnen we niet van een 'verzoekschrift' in eigenlijke zin spreken, zelfs wanneer in het geschrift wel gesuggereerd wordt dat het om een verzoekschrift gaat.

Het moet ook duidelijk zijn dat een verzoekschrift veronderstelt dat er een verzoek in voorkomt. Ook al kan deze regel met de nodige soepelheid geïnterpreteerd worden, een geschrift met louter de uiting van een mening, zonder dat duidelijk gemaakt wordt wat van het parlement verwacht wordt, kan bezwaarlijk als een verzoekschrift gekwalificeerd worden. Dat betekent overigens niet dat er niets met die brieven zou gebeuren. Normaal worden zij aan de leden (van een commissie) bezorgd, en kunnen de individuele volksvertegenwoordigers zelf een initiatief nemen.

Overigens worden administratieve brieven die aan (de voorzitter van) het Vlaams Parlement gericht zijn, en betrekking hebben op het administratief beheer of het personeel van het parlement, bijvoorbeeld brieven van aannemers die werken uitvoeren aan het parlementsgebouw of van (kandidaat-) personeelsleden, uiteraard evenmin als verzoekschriften gekwalificeerd. Het zijn immers geen brieven gericht aan het parlement als politieke instelling.

Artikel 3

Deze wijziging moet in samenhang gelezen worden met artikel 2 van het bijzonder decreet tot wijziging van het bijzonder decreet van 6 juli 2001 houdende regeling van het recht om verzoekschriften bij het Vlaams Parlement in te dienen. Aangezien aan de gestelde overheden geen antwoord gegarandeerd wordt, moet ook het hoorrecht van de vertegenwoordiger van een gestelde overheid (dat nooit toegepast werd) geschrapt worden.

Artikel 4

De inwerkingtreding van dit decreet, en van het bijzonder decreet van [...] houdende wijziging van het bijzonder decreet van 6 juli 2001 houdende regeling van het recht om verzoekschriften bij het Vlaams Parlement in te dienen, dient samen te vallen.

Ludwig CALUWE
Patricia CEYSENS
Caroline GENNEZ
Herman LAUWERS
Jos STASSEN
Kris VAN DIJCK

VOORSTEL VAN DECREET Artikel 1

Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid.

Artikel 2

Aan artikel 3 van het decreet van 6 juli 2001 houdende nadere regeling van het recht om verzoekschriften bij het Vlaams Parlement in te dienen, wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt:

"Een brief of schriftelijk bericht wordt niet als verzoekschrift gekwalificeerd, als aan één of meer van de volgende voorwaarden is voldaan:
a) de schrijver uit louter een mening zonder concreet verzoek;
b) het geformuleerde verzoek is kennelijk niet ernstig;
c) het taalgebruik is beledigend.".

Artikel 3

In artikel 4 van hetzelfde decreet worden de woorden "en de vertegenwoordiger van een gestelde overheid die een verzoekschrift indient" geschrapt.

Artikel 4

Dit decreet treedt in werking vanaf de eerste dag van de maand volgend op de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad van het bijzonder decreet van [...] houdende wijziging van het bijzonder decreet van 6 juli 2001 houdende regeling van het recht om verzoekschriften bij het Vlaams Parlement in te dienen. Ludwig CALUWE Patricia CEYSENS Caroline GENNEZ Herman LAUWERS Jos STASSEN Kris VAN DIJCK ___________