2003 - 2004

Vragen voor Minister van Justitie, Laurette Onkelinx

16 January 2004

Schriftelijke Vraag Hof van Beroep, rechtbank van eerste aanleg en parket te Brussel - Gerechtelijke achterstand - Referendarissen en parketmagistraten

Vraag

Op grond van de programmawet wordt het percentage van referendarissen en parketjuristen vanaf 1 januari 2004 verhoogd van 25% tot 35% van het aantal magistraten van het rechtsgebied van de hoven van Beroep, "teneinde beter het hoofd te kunnen bieden aan uitzonderlijke situaties in bepaalde rechtsgebieden" (memorie van toelichting). De verhoging past, volgens de toelichting van de minister, in de strijd tegen de gerechtelijke achterstand te Brussel, waar het kader allesbehalve volledig is.

De volgende vragen betreffen de bestaande toestand in het rechtsgebied van het Hof van Beroep te Brussel en de benoemingsvoorwaarden inzake kennis van de andere taal die nodig is voor het uitoefenen van deze functies in het Hof van Beroep en in de rechtbank van eerste aanleg te Brussel.

A. Gevraagde statistische gegevens :

1) Het totaal aantal referendarissen en parketmagistraten in het rechtsgebied van het Hof van Beroep te Brussel;
2) Het maximum aantal van deze magistraten volgens de oude wet (25%) en volgens de programmawet (35%).
3) Het feitelijk aantal referendarissen en parketjuristen op 1 januari 2004, met aanduiding van de taal van hun diploma in :
a) het Hof van Beroep te Brussel
b) de rechtbank van eerste aanleg te Brussel
c) de rechtbank van eerste aanleg te Leuven
d) de rechtbank van eerste aanleg te Nijvel
e) het parket te Brussel
f) het parket te Leuven
g) het parket te Nijvel.

B. Gevraagde gegevens over de vereiste taalkennis :

Volgens artikel 156ter van het Gerechtelijk Wetboek bereiden de referendarissen en parketmagistraten het werk van de magistraten voor, waaronder het opzoeken van de rechtsleer en de rechtspraak, het bijhouden van de documentatie en het archief van de uitspraken en zelfs het formuleren van de beweegredenen. Het is een taak die onmogelijk op een behoorlijke wijze kan uitgevoerd worden zonder een functionele kennis van de andere taal, vooral niet in de rechtbank en het parket te Brussel, waar ook de specificiteit van het rechtsgebied (dat het tweetalig taalgebied Brussel-Hoofdstad en daarnaast ook 35 gemeenten van het eentalig Vlaams taalgebied omvat) een uitzonderlijke situatie uitmaakt. De vragen zijn erop gericht te vernemen of de kennis van de andere taal van in Brussel aangestelde referendarissen en parketmagistraten op dezelfde wijze is geregeld voor de magistraten van de zetel en het parket te Brussel.

1.Welke zijn de benoemingsvoorwaarden inzake kennis van de andere taal voor de benoeming van referendarissen en parketmagistraten bij het Hof van Beroep en bij de rechtbanken van eerste aanleg te Brussel?

2. Kunnen kandidaten met een Frans diploma die geslaagd zijn in het vergelijkend examen aangewezen worden om hun ambt uit te oefenen in de rechtbank van eerste aanleg te Leuven? Kunnen kandidaten met een Nederlands diploma die geslaagd zijn in het vergelijkend examen aangewezen worden om hun ambt uit te oefenen in de rechtbank van eerste aanleg te Nijvel? Bepaalt de eentaligheid van het taalgebied de taal van het vereiste diploma?

3. Kunnen kandidaten die geslaagd zijn in het vergelijkend examen aangewezen worden in de rechtbank van eerste aanleg te Brussel (tweetalig gebied) zonder dat zij het bewijs hebben geleverd van hun functionele kennis van de andere taal?

4.Op welke manier kunnen eentalige referendarissen en parketmagistraten de magistraten van de zetel en van het openbaar ministerie bijstaan indien zij, bij gebrek aan kennis van de andere taal, het werk van de magistraten op juridisch vlak slechts onvolledig kunnen voorbereiden? Doctrine noch rechtsleer in de andere taal kunnen zij immers noch opsporen noch begrijpen en verwerken in hun voorstel tot motivering.

5. Binnen de perken van het maximum (35% van het totaal aantal magistraten) beslist de minister over het aantal referendarissen en parketjuristen, volgens de behoeften en na advies van de eerste voorzitter en van de procureur-generaal. Kan daarbij afgeweken worden van de regel van de taalwetgeving (wet van 18 juli 2002) dat wegens de taalspecificiteit van het Brussels rechtsgebied de kennis van de andere taal "onontbeerlijk" is voor de magistraten te Brussel (en dus ook voor degenen die hun moeten "bijstaan")?

6.Welk standpunt hebben de eerste voorzitter en de procureur-generaal van Brussel ingenomen betreffende de kennis van de andere taal van referendarissen en parketmagistraten in de rechtbank te Brussel waarvan het gebied zich volgens de grondwet uitstrekt over het tweetalig taalgebied Brussel en 35 gemeenten behorend tot het Nederlands taalgebied?

7.Welk bezwaar zou men kunnen aanvoeren tegen door Brusselse referendarissen en parketmagistraten te bewijzen kennis van de andere taal, nu een nieuw taalexamen bij de wet van 18 juli 2002 is ingesteld waarbij het kennispeil van Brusselse magistraten is verlaagd tot een louter functionele passieve kennis?

Antwoord

A. Statistische gegevens:

1. Het totaal aantal referendarissen en parketjuristen in het rechtsgebied van het hof van beroep te Brussel telt 106 eenheden

2. Het maximum aantal referendarissen en parketjuristen voor dit rechtsgebied telt 84 eenheden volgens de norm van 25% maar gaat naar 115 eenheden volgens de nieuwe norm van 35%.

3. Huidige bezetting:

a) Hof van Beroep te Brussel: 7 referendarissen waarvan 3 Nederlandstaligen en 4 Franstaligen (waarvan 1 in tijdelijk bovental)

b) Rechtbank van eerste aanleg te Brussel: 23 referendarissen waarvan 21 Franstaligen en 2 Nederlandstaligen

c) Rechtbank van eerste aanleg te Leuven: 1 Nederlandstalige referendaris

d) Rechtbank van eerste aanleg te Nijvel: 1 Franstalige referendaris

e) Parket 1ste aanleg Brussel: 61 juristen waarvan 42 Franstaligen en 19 Nederlandstaligen

f) Parket 1ste aanleg Leuven: 2 Nederlandstalige juristen

g) Parket 1ste aanleg Nijvel: 2 Franstalige juristen

Er moet benadrukt worden dat er eveneens juristen onder contract geaffecteerd zijn bij het federaal parket (3 Franstaligen), bij de rechtbank van Koophandel te Brussel (1 Franstalige en 1 Nederlandstalige), bij het arbeidsauditoraat te Brussel (2 Franstaligen) en bij het arbeidsauditoraat te Nijvel ( 1 Franstalige).

B. Taalkennis

Er moet verduidelijkt worden dat de functie van referendaris of parketjurist niet opgenomen is in de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken zodat geen enkele specifieke taalvoorwaarden vereist zijn voor deze functies.

Bijgevolgd wordt de taalrol van parketjurist of referendaris bepaald naargelang de taal van zijn diploma, die de taal van het vergelijkend aanwervingsexamen bepaalt.

Er is dus geen wettelijke taalverdeling maar er moet worden herinnerd dat het aantal juristen volgens de behoeften van de dienst wordt bepaald, welke moeten blijken uit de gemotiveerde verslagen opgesteld door de korpschefs (art. 156ter van het Ger. Wetboek).

Deze gemotiveerde verslagen hebben dus, in functie van de uitgedrukte behoeften, geleid tot een feitelijke taalverdeling. Voor wat betreft het Hof van Beroep te Brussel wordt de personeelsbezetting verdeeld onder de helft Nederlandstaligen en de helft Franstaligen (er is nu 1 Franstalige in bovental gehouden na de benoemingen in november 2003).

Bij de rechtbank van eerste aanleg te Brussel is de gevraagde verdeling 18 Franstaligen tegen 5 Nederlandstaligen.

Voor het parket te Brussel is de gevraagde verdeling 2/3 Franstaligen en 1/3 Nederlandstaligen.

Ten slotte moet ook herinnerd worden aan het feit dat de functie van parketjurist of referendaris geen onafhankelijke functie is, omdat ze hun functie uitoefenen onder het gezag en volgens de aanwijzingen van een magistraat voor wie taalvoorwaarden voorzien zijn.