1999 - 2004

Vragen voor minister van Mobiliteit, Openbare werken en Energie, Stevaert

13 February 2003

Vraag om uitleg over de bezwaren tegen fietspaden door natuurgebieden.

De heer Ludwig Caluwé : Mevrouw de voorzitter, mijnheer de minister, het fietspadenbeleid vormde een prioriteit voor uw voorganger en ik ga ervan uit dat het niet is gewijzigd. U weet waarschijnlijk dat er vooral een grote nood is aan vrijliggende verbindende fietspaden langs gewestwegen. Hier en daar zijn er bijzondere problemen. Ik ga even dieper in op een concreet geval, maar ik vermoed dat gelijkaardige problemen ook elders in Vlaanderen voorkomen.

Ik wil het hebben over de N117 die loopt over het grondgebied van Brasschaat, Kapellen en Kalmthout en grenst aan het grondgebied van Wuustwezel. Het is bij uitstek een gewestweg waar nood is aan een vrijliggend fietspad. Het is een gevaarlijke weg voor fietsers, die de weg dan ook nauwelijks gebruiken. De N117 staat niet voor niets bekend als de dodenweg.

De alternatieven voor deze route zijn zeer beperkt en houden op zijn minst een aanzienlijk aantal kilometers extra in, wat voor automobilisten niet zo erg is, maar wat het fietsen toch niet zo aantrekkelijk maakt. Nochtans bestaat zeker een potentieel van automobilisten die de fiets zouden kunnen nemen. Langs de weg bevindt zich immers de KMO-zone Bosduin, op het grondgebied van Kalmthout en Kapellen, waar tijdens werkdagen talrijke werknemers aan de slag zijn en waar tijdens het weekend de overdekte markt een groot publiek weet aan te trekken. Bovendien bevinden er zich enkele grote winkels en een tennisclub.Het zijn allemaal mobiliteitgenererende activiteiten die momenteel bijna alleen met de auto op een min of meer veilige manier bereikbaar zijn.

Het was dan ook niet zo verwonderlijk dat de betrokken gemeentebesturen samen het initiatief hebben genomen om in het licht van module 13 een fietspad langs de weg aan te leggen. Het project past perfect in het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk van het Totaalplan Fiets, waarin de N117 staat aangeduid als een functionele fietsroute. Het leek een haalbaar project, want in tegenstelling tot veel andere fietspadenprojecten, zou er relatief weinig voor moeten worden onteigend. Een groot deel van de N117 loopt immers langs een militair domein.

Blijkbaar vormt het militair domein echter het probleem. Het bezit ook een bijzondere natuurfunctie en de afdeling Natuur van het departement LIN heeft zich tegen het project gekeerd. Het militair domein is aangeduid als vogelrichtlijngebied en daarom zou geen bouwvergunning kunnen worden afgeleverd. Nochtans kunnen we ons ernstige vragen stellen over het nadeel dat een vogelrichtlijngebied kan ondervinden van een fietspad. Ik vraag me trouwens af of de aflijning van zo een gebied tot op de millimeter gebeurt. Als de weg de grens vormt, behoort het fietspad dan niet veeleer tot de weg, ook al is het vrijliggend, dan tot het gebied dat met grote strepen op de plannen van ruimtelijke ordening werd ingekleurd ? Het gaat toch alleen over de opoffering van een aantal vierkante meters ten gunste van een alternatief voor het milieuvervuilend gemotoriseerd verkeer. Ik denk niet dat een fietspad enig nadeel berokkent aan een vogelrichtlijngebied. Het is dan ook onbegrijpelijk dat een project voor milieuvriendelijke mobiliteit wordt geblokkeerd door de afdeling Natuur.

In dezelfde regio is trouwens sprake van een gelijkaardig project : de N111 op het grondgebied van de gemeenten Kalmthout en Kapellen. Ook daar is er reeds lang vraag naar een veilig fietspad langs de gewestweg. Ook die weg is aangeduid als functionele fietsroute en grenst aan een natuurgebied, met name de Kalmthoutse Heide. Moeten we uit het voorbeeld van de N117 concluderen dat ook langs de N111 geen vrijliggend fietspad mogelijk is ?

Deze fundamentale problemen tussen fietsen - toch een milieuvriendelijke vorm van mobiliteit - en natuur roepen om een oplossing. Hoe wilt u de zaak aanpakken ? Net over de grens lopen wel tal van vrijliggende fietspaden door bos- en natuurgebieden en langs secundaire wegen. Als er in Nederland geen probleem is met de Europese regelgeving over vogel- en habitatrichtlijngebieden, waarom zou dat in Vlaanderen dan wel het geval zijn ?

Bent u het eens met het standpunt van het departement LIN dat er geen vrijliggende verbindende fietspaden langs gewestwegen kunnen worden aangelegd als ze grenzen aan natuurgebieden ?

Kunt u meer informatie geven over de stand van zaken van de dossiers over de N117 en de N111 ?

De heer Johan Malcorps : Ik sluit mij aan bij de vraag van de heer Caluwé. Brasschaat, Kapellen en Kalmthout zijn terecht vragende partij voor de aanleg van een dubbelrichtingsfietspad ten zuiden van de gewestweg N117 op de Essensteenweg. Het blijkt de beste oplossing te zijn om de verkeersveiligheid te garanderen. De afdeling Natuur van de Aminal heeft het probleem gemeld en wil op een constructieve wijze naar een oplossing zoeken. Een oplossing moet zeker mogelijk zijn.

Ik heb bij minister Dua een schriftelijke vraag ingediend om te horen of er een evenwaardig alternatief fietstracé mogelijk is zodat het probleem van bereikbaarheid en veiligheid wordt opgelost. Ik vermoed echter van niet.Wij moeten misschien in de richting van compenserende maatregelen denken.

Er moet alleszins een oplossing worden gevonden en ik steun de heer Caluwé hierin. Het is een belangrijk precedent voor eventuele andere gevallen. Het moet mogelijk zijn om tot een compromis te komen tussen natuur enerzijds en verkeersveiligheid anderzijds.

De heer Koen Helsen : Ik sluit mij eveneens aan bij de vraag van de heer Caluwé. Als burgemeester van een van de betrokken gemeenten ben ik van oordeel dat het fietspad langs de N117 erg belangrijk is. Een gedeelte van de gemeente Kapellen is alleen maar bereikbaar via Kalmthout of Brasschaat. De heer Caluwé wees eveneens op de KMO-zone die daar is gevestigd. Het vrachtverkeer langs de gewestweg, dat van de E19 komt of ernaar toe gaat, is erg druk. Igean werd in het kader van module 13 door de drie gemeenten aangesteld om het fietspad aan te leggen. Het dossier is al ver gevorderd. Plots werd dat dossier geblokkeerd. Nochtans is er vorige zondag nog een zwaar verkeersongeval gebeurd, waarbij zes voertuigen en een aantal gewonden betrokken waren.

In het verslag van de laatste bijeenkomst lees ik met verbijstering dat in het habitatgebied aan het militaire domein de vegetatie op zure bodem, waaronder het zeldzame wolfsklauw, door de aanleg van een fietspad wordt verhinderd. De afdeling Natuur zou daar problemen over maken. Ik vraag met aandrang om het dossier te deblokkeren en wil beklemtonen dat de drie gemeenten willen investeren in een veiliger fietspadverbinding.Wij moeten het gezond verstand laten zegevieren.Wij hebben meer veilige fietspaden nodig. Iedereen staat hier ook achter. Het sluit ook aan bij de filosofie van minder autoverkeer en meer openbaar vervoer, wat ook het milieu ten goede komt.

Minister Gilbert Bossuyt :Mevrouw de voorzitter, collega's, het gaat hier in feite om een bevoegdheid van minister Dua. Ik neem echter akte van uw steun voor dit dossier. Aan de hand van dit particuliere dossier worden feiten aangehaald die zich ook bij andere gelegenheden voordoen. Het zou goed zijn als er vooruitgang kon worden geboekt. De fietspaden zijn belangrijk. Er moet naar een evenwicht worden gezocht tussen verkeersveiligheid en natuurbescherming.

De fietspaden lopen dikwijls tot aan de rooilijn van de weg en laten weinig marge over. Er is niet voorzien in enige onderhandelingsruimte. Er moet een regeling worden getroffen. Dat kleine stukje terrein kan in principe toch geen bedreiging vormen voor de natuurbescherming. Ik hoop dat minister Dua positief reageert. Ik zal haar het dossier overmaken. Er is nog geen definitieve beslissing genomen. Er wordt intens overlegd. De weg heeft immers een slechte naam. Ik reken op uw medewerking en steun om er bij minister Dua op aan te dringen dat er snel een oplossing komt.

De heer Ludwig Caluwé : Mijnheer de minister, ik dank u voor uw steun. Het zou best zijn dat wij minister Dua hierover gezamenlijk ondervragen.