1999 - 2004

20 February 2001

Voorstel van resolutie neergelegd betreffende de rol van de gewesten in het spoorbeleid

VOORSTEL VAN RESOLUTIE - van de heren Carl Decaluwe, Ludwig Caluwé en Bart De Smet en mevrouw Wivina Demeester-De Meyer - betreffende de rol van de gewesten in het spoorbeleid 20 februari 2001 -gelet op:

1° de bevoegdheid van de gewesten inzake het mobiliteitsbeleid;

2° de verklaringen van minister-president Dewael over de impact van de gewesten op het spoorbeleid;

3° het regeerakkoord van de federale regering dat de spoorinvesteringen wil objectiveren via externe toetsing;

4° het Vlaamse regeerakkoord waarin de mogelijkheid van regionaal spoorvervoer ter aanvulling van het NMBS-aanbod wordt aangekondigd;

5° de concrete voorstellen terzake van de Sociaal-Economische Raad voor Vlaanderen;

6° de door het parlement goedgekeurde moties van 12 januari 2000 en 14 november 2000 over hetzelfde onderwerp;

7° de hervormingen van de NMBS die momenteel op federaal niveau worden voorbereid;

- overwegende dat:

1° de mobiliteitsproblemen in Vlaanderen en Brussel veel acuter zijn dan in Wallonië en dat ernstige investeringen in alternatieven voor het wegverkeer op basis van objectieve criteria dringend noodzakelijk zijn;

2° Vlaanderen 90 % van het goederenvervoer per spoor genereert, vooral vanuit de voor het hele land economisch belangrijke havens ;

3° de Vlaamse overheid nauwelijks inspraak krijgt bij het openbaar vervoer per spoor en hierdoor geen coherent en geïntegreerd mobiliteitsbeleid kan voeren ;

4° de gewesten een complementaire rol zouden kunnen uitoefenen via regionale beheersovereenkomsten, naast de objectief vastgestelde basisbediening, zodat de gewesten in staat zijn met eigen budgetten en in eigen beheer aanvullende spoorbediening te garanderen;

- vraagt aan de Vlaamse regering er dringend naar te streven om:

1° een objectivering te realiseren van de spoorweginvesteringen en de spoorbediening die in de plaats kan komen van de vaste 60/40- verhouding;

2° de mogelijkheid te creëren om regionale beheersovereenkomsten of overeenkomsten van cofinanciering af te sluiten naast de objectief vastgestelde basisbediening;

3° om een betere vertegenwoordiging en betrokkenheid van de gewesten af te dwingen in het spoorbeleid. Hiertoe kan bij de nieuwe samenstelling van de raad van bestuur van de NMBS voor elk gewest een zetel opgeëist worden bij de federale regering.

Carl DECALUWE
Ludwig CALUWE
Bart DE SMET
Wivina DEMEESTER-DE MEYER